Elke ouder die werkt en kinderen heeft tussen de 0 – 12 jaar en gebruik maakt van geregistreerde gastouderopvang komt in aanmerking voor kinderopvangtoeslag. 
Kinderopvangtoeslag is bedoeld om werk en zorg te combineren. Werkt één van de ouders niet, dan zal de kinderopvangtoeslag niet door kunnen gaan.

Alle werkgerelateerde uren kunnen worden gedeclareerd, afhankelijk van het aantal uren dat u werkt.

U kunt alleen kinderopvangtoeslag krijgen voor de uren die u werkt. Hebt u een werkende partner? Ga dan uit van de ouder die het minste aantal uren per jaar werkt. Gaat uw kind minder uren per week naar de opvang? Dan moet u uitgaan van de uren die in het contract met uw kinderopvanginstelling staan.

De uren waarvoor u maximaal kinderopvangtoeslag kunt krijgen, berekent u zo:

• Gaat uw kind naar de dagopvang? Vermenigvuldig de uren die u werkt met 140%.
• Gaat uw kind naar de buitenschoolse opvang? Vermenigvuldig de uren die u werkt met 70%.

In de percentages is rekening gehouden met reistijd en verplichte pauzes. Daarnaast geldt dat u per kind voor niet meer dan 230 uren per maand kinderopvangtoeslag kunt krijgen.

De vraagouder vraagt de kinderopvangtoeslag aan op basis van het plaatsingscontract dat u van uw adviseur van Parbédie of van uw gastouder heeft ontvangen. De toeslag zal dan ook op de rekening van de vraagouder komen te staan. De vraagouder gaat een overeenkomst aan met de gastouder voor een vastgestelde periode. In deze overeenkomst staat het totaal aantal opvanguren vermeld voor de opvang periode. Door het totaal aantal
uren te delen door het aantal maanden in de periode, volgt het gemiddeld aantal opvanguren per maand. Dit bedrag wordt middels automatische incasso maandelijks aan Parbédie overgemaakt. Aan het einde van het jaar zal de vraagouder van Parbédie een jaaropgave ontvangen die hij/zij dan weer kan gebruiken bij de belastingaangifte.

Na registratie vraagt de vraagouder de toeslag aan bij de belastingdienst (www.toeslagen.nl). Bij de aanvraag dient de vraagouder het geschatte aantal uren opvang door te geven, hoeveel ze daarvoor per uur betalen en het gezamenlijk inkomen. Na enkele weken krijgen ze bericht van de belastingdienst hoeveel toeslag ze gaan ontvangen. Deze toeslag wordt maandelijks op de rekening van de vraagouder bijgeschreven. Eventuele wijzigingen in de opvang, bijvoorbeeld een extra opvang dag of juist een dag minder, kan de vraagouder op dezelfde wijze aan de belastingdienst doorgeven en de hoogte van de toeslag zal dan worden aangepast. Na afloop van het jaar zal de belastingdienst het een en ander controleren aan de hand van de aangifte inkomstenbelasting. Dit betekent dat als het daadwerkelijke aantal uren, de uurprijs en/of het inkomen afwijkt van wat de vraagouder heeft opgegeven bij het aanvragen van de toeslag, ze mogelijk nog een deel moeten terugbetalen of als nabetaling ontvangen.

Hetgeen dat met het oppassen verdient wordt, wordt gezien als inkomsten. Heeft de gastouder, samen met eventuele partner, een uitkering, toeslag of een andere aanvulling op het inkomen, dan kan men daar op gekort worden. De inkomsten uit kinderopvang zijn bruto inkomsten. Deze inkomsten dienen opgegeven te worden aan de belastingdienst. Hoeveel belasting hierover betaald moet worden is dus afhankelijk van de leeftijd van de gastouder, de andere inkomsten van de gastouder en andere (fiscale) regelingen.

Parbédie gaat er van uit dat elke gastouder een geldige WA verzekering heeft.

De algemene heffingskorting wil zeggen dat over de eerst verdiende € 6.000,- per jaar geen belasting betaald hoeft te worden. Dit is dus eigenlijk een voordeel van € 2.043,-. Iemand die werkt ontvangt de algemene heffingskorting middels zijn loon. Iemand die niet werkt ontvangt dit als een nettobedrag op de rekening. Gaat men wel werken dan zal dit middels het loon verrekent worden door het niet hoeven te betalen van belasting. Kortom: de algemene heffingskorting komt niet te vervallen

Alle kosten die de gastouder maakt in verband met de kinderopvang, denk aan traphekje, pampers en eten, kunnen door de gastouder worden afgetrokken van het belastbaar inkomen. Verdiensten van een gastouder vallen onder de zogenaamde ‘inkomsten uit overigen werkzaamheden’. De gastouder kan de kosten gemaakt voor de opvang in aftrek brengen op de bruto inkomsten uit kinderopvang, zodat minder belasting betaald hoeft te worden. Inkomstenbelasting wordt alleen betaald over de winst (opbrengsten min de kosten). Het is dus daarom van belang dat een gastouder goed zicht heeft op de kosten die worden gemaakt voor de gastouderopvang. Het gaat om de kosten die een gastouder binnen redelijke grenzen maakt om het werk als gastouder te kunnen uitoefenen.

De ouders vragen een voorschot Kinderopvangtoeslag aan. Dit voorschot is berekend op basis van het gemiddeld aantal uren oppas per maand. Nu kan het zo zijn dat de ene maand meer wordt opgepast dan de andere maand. In principe zal dit zich aan het einde van het jaar weer rechttrekken. Mocht er echter structureel iets veranderen dan zal je een wijziging moeten sturen naar de Belastingdienst Toeslagen.

Het is mogelijk om gebruik te maken van meerdere opvangmogelijkheden, gastouderopvang / kinderdagverblijf, tegelijk. Het is zelfs mogelijk om gebruik te maken van meerdere gastouders.